Met één universum kom je tegenwoordig niet meer weg lijkt het wel. Ook Bayonetta 3 doet mee aan de trend van de multiverse door Bayonette het op te laten nemen tegen een interdimensionaal monster die niet één, maar alle universums wilt vernietigen. Hoogtijd dus voor haar om de haren te laten wapperen en de heksenkrachten in de strijd te gooien.
Overweldigend begin
Het eerste uur van het spel bestaat voornamelijk uit cutscenes die af en toe onderbroken worden met een kort moment waarbij de speler een aantal knoppen in moet drukken. Waarschijnlijk heb je geen idee wat je aan het doen bent, maar dat maakt niet uit. Het spel neemt snel weer de controle over, zodat jij al het spektakel dat op je afkomt in je op kan nemen. Spektakel is het zeker, want het voelt bijna alsof je naar het einde van het verhaal zit te kijken. Dat maakt het begin ook meteen lastig voor de nieuwkomer die geen idee heeft wat hem of haar te wachten staat. Allerlei personages duiken zonder verdere introductie op en de gevechten zijn meteen episch.
Na de erg lange proloog begin je dan eindelijk aan het avontuur, maar ook hierbij word je in het diepe gegooid. Al doende leert men, natuurlijk, maar voor een flinke portie van het spel kun je je behoorlijk verloren voelen. Later vallen dingen wel op zijn plek en krijg je wat meer uitleg over hoe het spel gespeeld moet worden. Waarschijnlijk ervaar je die problemen niet als je de vorige twee Bayonetta-games hebt gespeeld, maar voor nieuwkomers is het lastig instappen. Zeker omdat er zoveel tijd tussen de Bayonetta-games zit, zou je verwachten dat de makers er rekening mee houden dat dit derde deel voor mensen hun eerste Bayonetta-game is.
Rammen op de knop
Hoewel de vijanden in rap tempo imposanter worden, lijken ze niet moeilijker te verslaan dan de kleinere vijanden. Er komt weinig inzicht bij kijken en met flink op de X-knop blijven rammen kom je heel lang een heel eind. Met de ZR-knop ontwijk je een aanval en kun je een korte tijd onverstoorbaar aanvallen uitvoeren op de tegenstander. Het ontwijken van aanvallen is niet moeilijk omdat je probleemloos op de ZR-knop kan blijven drukken. Dat maakt dat hoe groot de vijand ook is, het niet voelt alsof je die moet aanvallen met veel inzicht of tact.
Naast dat Bayonetta zelf flink van zich afslaat, heeft ze ook de beschikking over demonen. Die roep je op door de ZL-knop ingedrukt te houden, waarna er bijvoorbeeld een look-a-like van Godzilla verschijnt. Deze beweegt sloom, maar doet veel schade. Later speel je andere demonen vrij om op te roepen, met elk hun eigen kwaliteiten. Het is leuk om ze in gevechten te gebruiken, maar dat gaat ten koste van het vechten als Bayonetta zelf. Het spel lost dit op door ook gevechten plaatst te laten vinden op plekken waar je geen demonen op kan roepen en je aangewezen bent op jezelf.
Open wereld
Tussen de gevechten door beweeg je je door gebieden die tjokvol dingen om te verzamelen zit. Soms moet je hiervoor een klein stukje platformen of een kleine puzzel oplossen. Het is een leuke afwisseling, maar je merkt dat Bayonetta niet gemaakt is voor het springen van platform naar platform. Het voelt allemaal wat stuntelig aan. Gelukkig is het niet in overvloed aanwezig en wordt het nergens echt vervelend. Uiteindelijk kun je maar één weg naar je doel bewandelen en blijft het allemaal redelijk lineair. Dat werkt prettig, want je krijgt de ruimte om wat te gaan verkennen terwijl je vordering maakt met het verhaal.
Voelt gedateerd
De Nintendo Switch is niet de krachtigste spelcomputer en spectaculaire graphics verwacht niemand, maar zijn veel games op deze console die er een stuk beter uitzien. Het spel voelt namelijk nu al gedateerd. Dat gebeurt voornamelijk in de cutscenes waarin alles houterig voelt met te scherpe lijnen. Tijdens het spelen zelf valt dat minder op. Overigens loopt het spel wel soepel en heeft het weinig tot geen last van haperingen, ondanks het grafische geweld dat het tijdens de gevechten wil tonen. Een ander minpunt aan de vele cutscenes is dat het spel dus vaak de controle van je overneemt. Zo kun je bijvoorbeeld tijdens de genadeklap in het gevecht met een vijand niet anders dan toekijken, terwijl je graag zelf wilt doorspelen.