In de rubriek ‘Pareltjes Onder het Stof’ zijn onze redacteurs achterin hun boekenkast gedoken om te speuren naar boeken. De enige voorwaarde is dat het boek niet jonger mag zijn dan drie jaar. Titels die de moeite waard zijn, worden nog eens onder de loep genomen en krijgen de aandacht die zij stuk voor stuk verdienen. Deze week is het weer de beurt aan Michael, die het boek Inferno van Dan Brown nog eens uit de kast trok.
Als professor Robert Langdon ontwaakt in een ziekenhuis in Florence weet hij zich helemaal niets meer te herinneren. Hoe is hij in Italië terechtgekomen, waarom ligt hij in een ziekenhuis en waar komt de schotwond die hij heeft vandaan? Tijd om echt bij te komen heeft hij niet, want al snel moet hij op de vlucht slaan. Robert Langdon is op een raadsel gestuit dat hij moet zien op te lossen, terwijl hij van alle kanten opgejaagd wordt. Langzaamaan komen flarden van zijn geheugen weer terug en ontdekt hij waarom de situatie zo dringend is.
Inferno is het vierde boek in de Langdon-reeks en heeft dus dezelfde hoofdpersoon als in Angels and Demons (Het Bernini Mysterie) uit 2000, The Da Vinci Code (De Da Vinci Code) uit 2003 en The Lost Symbol (Het Verloren Symbool) uit 2009. Het vorige boek speelt zich als enige niet in Europa af en is toch eigenlijk wel het minst interessante verhaal van de vier. Inferno daarentegen is misschien wel zelfs de beste uit deze reeks. Voornamelijk omdat het weer mix is van historie en een mysterie in het heden, maar dit keer gaat het verder dan dat. Het gaat namelijk ook over onze toekomst en een groot realistisch gevaar dat dreigt. Dat geeft het geheel toch een andere lading dan zijn voorgangers en zet je daarbij ook aan het denken.
Dan Brown weet te verrassen met een concept dat erg goed werkt. Op een gegeven moment wordt duidelijk dat Langdon al eerder op het spoor was van het mysterie, maar dat kostte hem bijna zijn leven… Of toch niet? De schrijver zet je regelmatig op het verkeerde been en personen zijn niet wie ze lijken, of juist weer wel. Het bekende trucje van Dan Brown is de onmiskenbare plotwending richting het einde van het verhaal, maar in Inferno zijn het er meerdere die niet heel voorspelbaar zijn en ook duidelijk van een andere aard dan in de vorige drie delen. Om niets te verklappen van het verloop van het verhaal, is het lastig om daar verder op in te gaan.
Zoals altijd is de schrijfstijl erg prettig. Het leest redelijk vlot weg, al zijn de omschrijvingen van de omgevingen af en toe wel dusdanig beschrijvend dat het lastig wordt om er daadwerkelijk een beeld bij te vormen. Net als de vele actiescènes die hij zo erg gedetailleerd beschrijft dat het moeilijk wordt om je eigen fantasie te gebruiken. Toch is het wel wat je van deze auteur verwacht en het moet je wel een beetje liggen. De rode draad in Inferno is Dante en zijn boek De goddelijke komedie, een onderwerp dat mogelijk meer aanspreekt dan de centrale thema’s van de vorige boeken.
Mocht je al fan zijn van een van Dan Browns boeken, dan is ook Inferno zeker een aanrader. Datzelfde geldt voor niet wie bekend is met de verhalen van deze wereldwijde bestsellerauteur, want dit vierde deel is misschien wel de beste van allemaal. Zijn boeken zijn volledig losstaand, dus het maakt ook niet uit in welke volgorde je ze leest. Er zijn geen verwijzingen naar eerdere verhalen en ook de hoofdpersoon wordt voldoende geïntroduceerd, dus je mist niet echt iets van de achtergrondverhalen uit de vorige delen. Dus met de bijna winterse temperaturen is het zeker een goed idee om lekker met dit boek op de bank te ploffen. Overigens gaat deze week ook de verfilming in première.