Recensie: Min Jin Lee – Pachinko (Waar wij thuis zijn)

Samenvatting
Korea, 1911. In Busan trouwen Hoonie en, de op dat moment vijftienjarige, Yangjin en krijgen na een aantal miskramen dochter Sunja. Als Sunja 13 is overlijdt haar vader aan de gevolgen van tuberculose en moeten zij en haar moeder goedlopende pension draaiende houden. Op een dag komt ze in aanraking met Hansu en wordt ze verliefd. Als ze zwanger raakt komt ze erachter dat hij getrouwd is en staat haar familie een grote schande te wachten. Door te trouwen met een christelijke dominee en met hem mee te gaan naar Japan kan ze de familienaam redden. De zwangerschap en verhuizing van Sunja vormen de basis van een familiegeschiedenis waarbij de lezer kennis maakt met vier generaties. Het gezegde ieder huisje heeft een kruisje gaat zeker op voor dit verhaal waarbij liefde, identiteit en overleving veelal aan de orde komen.
7

Het verhaal van Sunja roept empathie en tegelijkertijd verwondering op. Ze wordt neergezet als een sterke persoonlijkheid die, ondanks haar foute keuze door zich aan Hansu te geven, het beste van het leven probeert te maken. Om de familienaam niet te besmeuren stemt ze in met een huwelijk met de christelijke dominee Baek Isak en vertrekt ze met hem naar Japan. Daar woont ze samen met zijn kinderloze broer Yoseb en diens vrouw Kyunghee. Ondanks de zware periode, met onder andere de Tweede wereldoorlog, kan de familie zich staande houden. Dat Noa, de eerste zoon van Sunja, stiekem de zoon van Hansu is lijkt verder geen invloed te hebben op haar leven. Lijkt, want zelfs als lezer word je even om de tuin geleidt. Wat volgt is een inkijk in het leven van de verschillende personages en hun zoektocht naar hun eigen identiteit. Sunja blijft als prominente factor aanwezig in het verhaal waardoor je als lezer een band met haar lijkt op te bouwen.

‘Jij. Jij hebt me mijn leven ontnomen. Ik ben mezelf niet meer.’ zei hij, priemend met zijn vinger.

Wat verwarrend aan het boek kan zijn is dat het twee titels heeft. ‘Waar wij thuis zijn’ en ‘Pachinko’ komen echter op hetzelfde neer. Niet alleen werken een paar van de hoofdpersonages uiteindelijk in een Pachinkohal, net als bij het spel zelf kunnen beslissingen leiden tot bepaalde gebeurtenissen. Gebeurtenissen die moeiteloos in het boek beschreven worden en vloeiend in elkaar over lijken te gaan.

Min Jin Lee (1968) heeft haar immigrantenachtergrond goed weten te gebruiken in het verhaal. Ze is geboren in Zuid-Korea en op haar zevende geëmigreerd naar de Verenigde Staten. Van 2007 tot 2011 heeft ze in Japan gewoond en toen ze gediagnosticeerd werd met kanker is ze de dingen gaan doen waar ze het meest van houdt.

De eerste indruk van het boek is al direct goed. Mensen die van de beruchte dikke pillen houden, boeken die je echt met twee handen moet vasthouden, kunnen hun hart ophalen. De mooie met kraanvogels versierde fluwelen kaft en het leeslintje maken de eerste indruk al helemaal af.
Het boek zelf is onderverdeeld in drie tijdsperiodes/drie boeken en al deze boeken hebben kleine behapbare hoofdstukken. De schrijfstijl is prettig, de hoofdstukken kort en ze smaken telkens naar meer. Het verhaal maakt nieuwsgierig en het wegleggen van het boek kan daardoor soms ongemakkelijk aanvoelen onder het mom van Ik moet weten hoe het verder gaat!

‘Je bent een man van het allerslechtste soort, want je gaat altijd net zo lang door tot je je zin hebt.’

Enig minpuntje aan het verhaal is dat er gekozen is om op bepaalde woorden de nadruk te leggen door ze cursief weer te geven. Dit zijn veelal woorden die iets typisch Koreaans of Japans beschrijven zoals een hanbok. Er zit echter geen verklarende begrippenlijst in het boek waardoor je drie opties hebt: 1. Je gokt wat het is. 2. Je zoekt het op of 3. Je laat het voor wat het is en leest gewoon door.
Voor de echte detailzoekers staat er ook een kleine fout in die maakt dat je een alinea twee keer moet lezen voordat je snapt wie er echt bedoelt wordt. Er staat namelijk twee keer Sunja bij een citaat, maar bij een van die citaten hoort een andere naam te staan.
Ondanks die kleine ergernissen is ‘Waar wij thuis zijn’ een heerlijk boek om in te verdrinken. Het is geen boek bomvol actie en explosief, maar een fijn leesbaar boek wat gelezen zou kunnen worden als een dagboek geschreven vanuit vogelperspectief.

Geschreven door
Stephanie van Baggem heeft Geschiedenis en Oudheidstudies gestudeerd en heeft mede daardoor een voorliefde voor historische romans. Ze klimt graag in de pen en schrijft columns, artikelen en verhalen. Ze probeert de verhalen tussen de regels te vinden en gelooft dat iedereen een uniek verhaal te vertellen heeft.

Wat is jouw mening?

0 0

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Gemarkeerde velden zijn verplicht *

You may use these HTML tags and attributes: <a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <s> <strike> <strong>

Lost Password

Please enter your username or email address. You will receive a link to create a new password via email.