Koning Rama IV (Mongkut) van Siam vraagt Anna Leonowens, een Britse lerares en een weduwe met een zoon, om naar Siam te komen om daar zijn vele kinderen te onderwijzen. De koning wil namelijk dat zijn land meer bekend raakt met de westerse beschaving. Voor Anna is het een hele stap en is de oosterse cultuur in Siam nogal een schok. De koning is daarnaast ook niet direct beschaafd te noemen en houdt zich niet aan afspraken. Anna staat dan ook op het punt om de eerste boot terug te pakken, maar haar liefde voor de kinderen houdt haar toch in Siam.
Het waargebeurde verhaal is gebaseerd op een stukje geschiedenis van Anna Leonowens die in het begin van de jaren 1860 naar Siam vertrok om de kinderen en vrouwen van Koning Mongkut les te geven. Naar aanleiding van de memoires van Anna Leonowens schreef Margaret Landon in 1944 het boek Anna en de koning van Siam. Het boek werd een bestseller en het duurde dan ook niet lang of een eerste film verscheen (1946) onder dezelfde naam. In 1951 verscheen een musical onder de naam The King and I en in 1956 verscheen van deze musical vervolgens de filmvariant, die uiteindelijk enorm beroemd werd.
Het verhaal volgt grotendeels wel de geschiedenis, maar is natuurlijk geromantiseerd en hier en daar toch iets veranderd. De filmmusical van 1956 biedt desondanks een schitterend kijkje in de Siamese (Thaise) cultuur en hoe verschillend deze is ten opzichte van de westerse cultuur. Welke natuurlijk in die tijd ook weer erg anders was dan hoe wij deze nu kennen. Behalve een kijkje in de westerse en oosterse beschavingen van bijna twee eeuwen geleden biedt The King and I ook een prachtig kijkje in de filmwereld van de jaren 50 van de vorige eeuw.
De hoofdrol van Anna wordt gespeeld door Deborah Kerr die zo’n 60 jaar geleden behoorlijk veel rollen op haar naam mocht zetten. De liefhebbers van James Bond herinneren zich haar misschien nog uit de eerste verfilming van Casino Royale, maar verder is ze onder andere bekend van Black Narcissus, From Here to Eternity en An Affair to Remember. Haar tegenspeler in The King and I is Yull Brynner, een acteur die bekend stond om zijn kale hoofd. Hij speelde zowel in de Broadwaymusical van The King and I, als in de filmmusical en zelfs nog later in een televisieserie over dit verhaal. Verder was hij bekend om zijn rol in The Ten Commandments en The Magnificent Seven (de versie uit 1960).
The King and I is een musicalfilm en bevat dus logischerwijs een heel aantal liedjes. Sommigen daarvan duren misschien net iets te lang, in ieder geval langer dan we tegenwoordig gewend zijn in musicals. Het bekendste nummer uit de film is waarschijnlijk Shall we Dance. The King and I won redelijk veel bekende prijzen, waaronder een Golden Globe voor beste film in de categorie musical of komedie. Bij de 29ste Oscar-uitreiking werd de film zelfs maar liefst negen keer genomineerd en won hiervan uiteindelijk vijf Academy Awards.
Met vlagen doet de film af en toe denken aan Mary Poppins of The Sound of Music, behalve dat de film veel ouder aanvoelt. Het is een film die af en toe vrolijk is, dan weer dramatisch en soms een tikje romantisch. Voor liefhebbers van de wat oudere films en de musicals is dit absoluut een film die je gezien moet hebben. Met de enorme hoeveelheid prijzen die The King and I al in de wacht sleepte, is het echter in ieder geval een film die een plekje verdient in de Uit Den Ouden Doosch-rubriek. Dus heb jij niets te doen deze dag? Ga dan eens voor deze heerlijke klassieke musicalfilm en snuif wat ouderwetse oosterse en westerse cultuur op.