Alice probeert aan de werkelijkheid te ontsnappen en als ze een blauwe vlinder ziet verdwijnen door een spiegel, komt ze er achter dat ook zij dat kan. Opnieuw belandt ze in Wonderland en wordt ze herenigd met de vrienden die tijdens haar vorige bezoek heeft gemaakt. Er is echter één maar: het gaat niet goed met de gekke hoedenmaker. Aan Alice de ogenschijnlijk onmogelijke opgave om hem te redden, maar daarvoor moet ze reizen door de tijd en zet ze het bestaan van Wonderland op het spel. Kan de race tegen de klok winnen en het tikken van de tijd te snel af zijn?
Het is inmiddels alweer zes jaar geleden dat Tim Burton een film maakte gebaseerd op de verhalen en karakters uit de Lewis Carroll-boeken Alice’s Adventures in Wonderland en Through the Looking-Glass and What Alice Found. Deze moderne Alice in Wonderland heeft nu een vervolg gekregen, dat dit keer geregisseerd is door James Bobin. De toon van deze tweede film is ook duidelijk anders dan in de eerste film. Het grimmige sfeertje is zo goed als verdwenen en er is plaats gemaakt voor veel meer humor, waarvan het maar de vraag is of je die kunt waarderen, want de grappen zijn over het algemeen wel erg flauw en makkelijk.
Voor de cast treden gelukkig dezelfde acteurs aan als voor de eerste film. Wel is de rolverdeling iets anders, want zo is Johnny Depp als hoedenmaker Tarrant Hightopp wel echt héél veel in beeld. Niet zo gek, omdat het verhaal eigenlijk om hem draait, maar opvallender is het kinderlijke stemmetje dat hij op zet. In deze tweede film komt hij zoveel meer over als een klein kind in het lichaam van een volwassene, dan een volgroeid persoon die compleet krankjorum is. Dat is behoorlijk irritant en jammer, maar vooral ook onverklaarbaar. Het is immers gewoon dezelfde acteur. Mia Wasikowska heeft haar personage Alice Kingsleigh wel weer zo neer weten te zetten als voorheen, maar dan met minder onwetendheid en naïviteit door haar eerdere belevenissen in Wonderland.
Helena Bonham Carter als Iracebeth, de rode koningin, is wederom fantastisch. Tijdens haar driftbuien galmt het bijna iconische geschreeuw uit de speakers en haar uitspraken zorgen steeds weer voor een goeie glimlach. Haar zus Mirana, de witte koningin, is daarentegen een stuk kleurlozer. Deze rol van Anne Hathaway is dus duidelijk niet zo interessant, want die overdreven liefelijkheid gaat snel vervelen. De laatste grote rol is weggelegd voor Sacha Baron Cohen, waarschijnlijk beter bekend als een van zijn vele alterego’s, zoals Brüno of Borat. Hij zorgt ook voor een extra beetje humor in de film, maar waarschijnlijk was het beter geweest als zijn personage er een was die boven de rest staat. Hij is namelijk nogal klunzig en daardoor niet overtuigend genoeg.
Wat van te voren de grootste vrees was, was vooral hoe het verhaal zou worden. Deze blijkt helaas toch tegen te vallen. De meeste tijd gaat op aan de achtergrondverhalen van de hoedenmaker en de twee vijandige zussen, maar die zijn niet heel erg boeiend. Bovendien heeft dat mede als gevolg dat er nu ineens een compleet dorp bestaat in Wonderland, en er ‘gewone’ mensen rondlopen. Prima, maar daarmee verdwijnt het echte Wonderlandgevoel bijna helemaal, want voor de rest doen zich maar zeldzaam momenten voor die iets te maken hebben met de boeken. Dat was op zich te voorspellen, maar de titel van deze film schept toch een bepaalde verwachting. Al met al stelt het verhaal dus gewoon redelijk teleur.
Ondanks dat de toon van deze recensie inmiddels vrij negatief is geworden, is deze film zeker wel een bioscoopbezoekje waard. Deze film zit er namelijk gewoon echt prachtig uit en alle locaties zijn erg mooi vormgegeven. Je merkt gewoon niet dat er nauwelijks is gewerkt met decorstukken. Ook is er voor gekozen, met verhaaltechnisch kloppende redenen, om een tal van nieuwe locaties aan te doen. Die doen zeker niet onder voor de plekken in Wonderland die we eerder al zagen. Net als de eerste Wonderland-film is ook deze in 3D te zien, maar zoals gewoonlijk voegt dat effect eigenlijk niets toe. Er zitten geen memorabele 3D-momenten in deze film.