Het is het jaar 1944 en het einde van de Tweede Wereldoorlog is in zicht. In Walmington-on-Sea ziet Kapitein Mainwaring het allemaal niet meer zo zitten, totdat zich een nieuwe missie aandient: het bewaken van de legerbasis van Dover. Hiermee hoopt hij de reputatie en het moraal te kunnen verbeteren, maar als dan de glamoureuze journaliste Rose Winters ten tonele verschijnt, is de focus volledig verdwenen. Zij komt verslag doen over het peloton, maar haar aanwezigheid laat de mannenharten sneller kloppen. Haar komst brengt de vrouwen van het dorp in hoogste staat van paraatheid. Als MI5 ontdekt dat er een radiosignaal verstuurd wordt vanaf hun locatie naar Berlijn, is er maar een conclusie mogelijk: er bevindt zich een spion in hun midden. Dat zet de uitkomst van de oorlog op de tocht en het peloton krijgt de kans om het verschil te maken in de oorlog.
Dad’s Army is een film die is gebaseerd op de gelijknamige serie die van 1968 tot 1977 werd geproduceerd. In 1971 verscheen er al een verfilming van de serie, die eveneens dezelfde titel kreeg. Kortom, een behoorlijke uitdaging om na zoveel jaar nog een film te maken die dezelfde titel draagt en dezelfde personages kent, maar verder dan dat eigenlijk niets gemeen heeft met het origineel. Niet dat veel meer overeenkomst mogelijk was geweest, want van de tien originele castleden die in meer dan de helft van afleveringen te zien zijn geweest, is slechts nog een persoon in leven. Deze persoon, Ian Lavender, keert overigens wel terug in deze 2016 film in een andere rol, samen met Frank Williams die ook in het origineel aan de helft van de afleveringen heeft bijgedragen. Verder is de cast volledig nieuw en eigenlijk valt daar weinig over op te merken. Wat vooral gewoon erg duidelijk is, is dat de acteurs zelf erg veel plezier hebben in het maken van de film en dat komt ook duidelijk zo over op de kijker
.
De lastige taak om er een goede film van te maken die de nostalgie van vroeger in stand houdt wordt vervuld door regisseur Oliver Parker. Zijn vorige project was Johnny English Reborn, een redelijk vermakelijke, maar niet bijzondere komedie. Of deze 2016 versie van Dad’s Army nou zo geslaagd is of niet, is eigenlijk lastig te zeggen zonder het origineel te hebben gezien. Voor de kenners is het waarschijnlijk leuk om de personages weer terug te zien, met de bekende uitspraken en hun kenmerkende trekjes, maar voor de nieuwkomers mist er waarschijnlijk toch een stukje essentieel gevoel van nostalgie. De leden van het peloton zijn namelijk wel bijzonder onhandig en overduidelijk niet geschikt voor het werk wat ze doen, en dat maakt de film eigenlijk meteen al niet interessant. Je krijgt als kijker namelijk ook geen idee van hoe bijvoorbeeld het zooitje ongeregeld bij elkaar is gekomen om te vechten in een oorlog.
Ook het verhaal is flinterdun en het is in het begin meteen al duidelijk waar het heen gaat. Er gebeurt niets onverwachts meer, wat niet bepaald helpt om de film enigszins boeiend te maken. De humor is ook erg mager en behoorlijk flauw; het lukt de film maar nauwelijks om hier en daar voor een voorzichtige glimlach te zorgen. Natuurlijk is het Britse humor en dat is wel iets wat je moet liggen, maar in vergelijking met films als bijvoorbeeld Hot Fuzz is deze film wel heel erg oubollig. Het loopt daarom gewoon niet heel lekker, omdat de film natuurlijk niet écht oud is. Bovendien is Dad’s Army op andere vlakken wel gemoderniseerd, want zo spelen de vrouwen nu ineens ook een belangrijke rol, terwijl ze in de vroegere serie slechts op de achtergrond waren. Iets dat de makers en acteurs zelf ook bespreken in de korte clipjes bij de extra’s. Samen duren die extra’s overigens slechts vier minuten.