Het is alweer bijna tien jaar geleden toen Paulien Cornelisse met het boek ‘Taal is zeg maar echt mijn ding’ mensen eens anders liet kijken naar de Nederlandse taal. In korte fragmenten, al dan niet ondersteund met afbeeldingen, deelde ze mee wat haar opviel. Menig individu moet zich herkend hebben in de fragmenten en opgelucht zijn dat hij/zij niet als enige er zo over dacht.
Toen begin dit jaar de film verscheen moest dat dan ook wel een eerbetoon zijn aan het boek. Het boek waar zo veel mensen om moesten lachen. Maar, hoe maak je een film als het boek alleen maar uit fragmenten bestaat? Het moest dan wel een briljante film worden of het beloofde weer een, over het algemeen toch wel, slechte Nederlandse film te worden. Taal is zeg maar echt mijn ding, maar of de film dat is? Een tipje van de sluier: De film scoort een perfecte tien,… Alle tien de tenen waren opgekruld…
Nee, deze film is het gewoon niet. Van twee panische homo’s die een kind willen adopteren tot een perfectionistische zus die strak staat van de pillen. Er zijn maar weinig films waarbij je je als kijker afvraagt of de hoofdpersoon niet gewoon moe wordt van zichzelf. Al na een halfuur duurde de film eigenlijk al te lang en toen moesten de clichés nog volgen.
De film gaat over Anne (Fockeline Ouwerkerk). Zij werkt bij een glossy maar vindt het schrijven over mode eigenlijk drie keer niks. Ze is al jaren bezig met een boek en komt maar niet vooruit in haar werk. Tot overmaat van ramp, voor haar, moet zij ook nog eens voor haar vader (Peter Faber) gaan zorgen nadat haar moeder naar het buitenland is gevlucht en haar broer en zus niet thuis geven. Maar er gloort hoop aan de horizon, van haar werk mag ze met Rick (Tarikh Janssen) naar het buitenland. Als hopeloze romanticus verliest ze zichzelf in een relatie waarna een relaas volgt over het woord ‘vriendje’. Als echter blijkt dat hij haar muggenzifterij over woorden net zo vervelend vindt komt er een kink in de kabel en vervalt zij weer op haar trouwe collega Timo (Egbert-Jan Weeber).
Al met al heb je als kijker de verhaallijn zo door en is het verhaal tamelijk voorspelbaar. Een hopeloze romantische komedie die maar weinig weg heeft van het boek, op de naam na dan.

Still uit Taal is zeg maar echt mijn ding, Kinepolis
Toegegeven, de film is niet één en al ellende. Als je je gaat ergeren aan de personages of juist gaat meeleven is er in ieder geval een goede rol neergezet door de acteurs. Een glansrol is hierin weggelegd voor Peter Faber, die op aangrijpende wijze een dementerende man weet neer te zetten. Dat de kinderen op een nogal aparte manier met hem omgaan wekt irritatie op, maar dat is echt het pluspuntje van de film.
Grappig detail is de cavia van Anne die twee keer in beeld komt als hij uit zijn reismandje gehaald wordt – is het een verwijzing naar het laatste werk van Paulien Cornelisse ‘De verwarde cavia’? De cavia ziet er in ieder geval aardig verward uit, dus als dat de bedoeling was zijn ze daar dik in geslaagd.
Maar, voor een film over taal blijft het allemaal erg oppervlakkig en wordt het op den duur ergerlijk. De clichés spatten van het scherm af en de personages van broer en zus worden verder niet uitgediept. Terwijl deze verhaallijnen bijna nog interessanter zijn om eens te bekijken. De homo broer die samen met zijn partner een kind adopteert terwijl ze vervolgens in paniek omgaan met de baby vanwege de huilbuien. De oudere zus die een perfect leven.nl (irritant!) lijkt te leven maar achteraf strak staat van de pillen om maar orde te kunnen behouden. Verhaallijnen die in die enkele luttele minuten dat ze te zien zijn vele malen meer diepgang kunnen vertonen dan het hopeloze seksleven van de hoofdpersoon zelf. Te vlak, te standaard, te voorspelbaar.
Cconlsiule: Dzee flim is het gwooen niet. Dzee tkset is nog bteer te leezn dan dat de flim te kikejn is. Het deot aberufk aan het beok en dat is erg jmmear. Als je je zo gaat ereregn aan de pgrsanoes wrdot er in ideer gvael ites geod nzgeereet, maar het vhaeral an scih salat wkejrielk alels. Taal is zeg maar ehct mjin dnig, dzee flim, neit ehct. Zo kan Puilean het neit in gdchatee hbeben gahed.
Still uit de film Taal is zeg maar echt mijn ding